Waar werk je aan?
- Werkblad: De cliënt weet wat het woord trots betekent en hoe een trotse houding eruitziet.
- Spel Trotse houding: De cliënt is zich bewust van zijn lichaamshouding bij trots.
- Spel Klein en groot: De cliënt ervaart trots bij zijn lichaamshouding en verkent het verschil tussen groot en klein.
- Lievelingsmuziek: De cliënt wordt zich bewuster van eigen muziekvoorkeur.
Dit thema begin je met de startpraatplaat (zie onderaan).

Startpraatplaat
Wat zie je?
Waar gaat deze plaat over?
Trots is een prettig gevoel
Je doet of kan iets goed
Waar ben jij trots op?
Hoe kan je aan jou zien dat jij je trots voelt?
Op wie ben jij trots?
Wie is er trots op jou?
Hoe weet je dat?